De muizensoorten die in Nederland voor de meeste overlast zorgen zijn de huismuis, de veldmuis en in mindere mate de bosmuis. De huismuis is verantwoordelijk voor verreweg de meeste muizenplagen.
Huismuis
De huismuis kan zich bijzonder goed aanpassen aan elke omgeving en is daarmee (op de mens na) het zoogdier met de grootste verspreiding over de wereld. Een huismuis heeft een bruingrijze, zachte vacht, is 7 tot 9,5 centimeter lang en weegt maximaal 30 gram. De staart is even lang als de muis zelf. De oren zijn groot en de snuit is spits. Een huismuis heeft 6 tot 10 keer per jaar een nest met gemiddeld 4 tot 6 jongen per keer. De huismuis leeft vooral op of onder de grond, maar is ook een goede klimmer.
Veldmuis
Veldmuizen komen vrij veel voor in Nederland en Europa. Ze hebben een bruine, roodbruine of grijsbruine, ruige vacht, zijn 9 tot 12 centimeter lang en wegen tot wel 50 gram. Veldmuizen hebben korte staarten, wat kleinere oren en een stompe snuit. Veldmuizen hebben 3 tot 7 keer per jaar een nest met gemiddeld 3 tot 8 jongen per keer. Ze leven in ondiepe gangen, in velden, weilanden en boomgaarden.
Bosmuis
Bosmuizen leven vooral buiten in de bossen, in tuinen of plantsoenen en u zult ze niet vaak binnenshuis aantreffen. Ze hebben een zandkleurige vacht en vaak een dunne, gele streep op de borstkas, zijn 7 tot 11 centimeter lang en wegen tot 35 gram. De staart is even lang als de muis zelf. De oren zijn groot en de snuit is spits. Bosmuizen kunnen goed springen met hun relatief lange achterpoten. Een bosmuis heeft 2 tot 4 keer per jaar een nest met gemiddeld 3 tot 7 jongen per keer. Ze leven ondergronds in een zelf gegraven hol, dat over een voorraadkamer beschikt.
Heeft u te maken met een muizenplaag? Bel ons op 053-4283232 voor meer informatie of advies. Insektokill helpt u op een effectieve en vakkundige manier van uw muizenoverlast af!